CHK2 (OGCFeatureServer)
ID: 302
OBJECTID: 302
ID_ROUTE: 1
ID_WT: 1-31
ID_GB: 1-31-56
NAAM_ROUTE: Nieuwe Zijlen-Harlingen
NAAM_WATERWEG: Van Harinxmakanaal
NAAM_NL: Van Harinxmakanaal
AARD: vaarweg
FUNCTIE_1: Vaarweg
PERIODE_FUNCTIE_1: 1501-
OPMERKINGEN: Het Van Harinxmakanaal bestaat uit (delen van) de verbeterde Harlingertrekvaart, die van Harlingen via Franeker naar Leeuwarden liep. Het gedeelte Leeuwarden-Franeker is gegraven in 1507. Het gedeelte Franeker-Harlingen is aangelegd op initiatief van de Hertog van Saksen, krachtens Giftbrief van 26 maart 1501. Krachtens de Giftbrief was de stad Franeker onderhoudsplichtig en in 1532, 1602, 1645 en 1732 is dit gedeelte op haar kosten opgeschoond en uitgediept. De gehele vaart werd in 1838 uitgediept tot 2,36 meter NAP en in 1859 tot 2,76 NAP. Sedert 1938 zijn belangrijke verbeteringswerken uitgevoerd. De vaart werd na gereedkoming van de verbeteringswerken het Van Harinxmakanaal genoemd. Alleen het gedeelte tussen de stadsgracht van Leeuwarden en het Verbindingskanaal heet nog Harlingervaart (1).
ZICHTBAAR: Ja
AARD_OMSCHR: Tot de vaarwegen behoren trekvaarten, zeilvaarten, veenvaarten en jonge kanalen.Trekvaarten zijn kanalen die zijn voorzien van een pad of weg op één van de oevers. Op dit jaagpad of deze trekweg liepen het paard, dat de trekschuit met een touw, de zogenoemde jaaglijn, voorttrok, en de jager, die het paard mende. Soms werd de schuit voortgetrokken door de schipper zelf of een familielid. De eerste trekvaart in Fryslân liep tussen Harlingen en Leeuwarden, en werd geopend in 1646. Daarna kwam een stelsel van trekvaarten tot stand, waarbij ook nieuwe trek-vaarten werden gegraven. Langs het bestaande of het nieuwe kanaal werden de jaagpaden aange-legd -met herbergen als verversingsstations- voor mens en paarden en rolpalen geplaatst om de jaaglijn door de bochten van de kanalen te leiden. De trekschuiten werden voornamelijk gebruikt voor personenvervoer.In het oosten en zuidoosten van de provincie zijn vanaf ongeveer 1500 vaarten gegraven ten behoeve van de exploitatie van veengebieden voor de turfwinning: de zogenoemde veenvaarten en Compagnonsvaarten. Haaks op deze vaarten groef men grote aantallen dwarskanaaltjes, de zogeheten wijken. Over de vaarten en wijken werd de turf vervoerd. Langs de Compagnonsvaarten bleven enkele karakteristieke schutsluizen met bijbehorende sluiswachter woningen intact.Het transport over het water is in Fryslân tot en met het tweede kwart van de twintigste eeuw belang-rijker geweest dan het vervoer over land. De gebrekkige verkeers- en afwateringsfunctie van veel vaarten ten gevolge van ouderdom en achterstallig onderhoud, leidde vanaf het einde van de negen-tiende eeuw tot het graven van enkele nieuwe kanalen.
TOELICHTING: https://geoportaal.fryslan.nl/arcgis/rest/services/CHK2/MapServer/50/12/attachments/11
GLOBALID: {682721FB-5181-4618-8477-89930BF4805F}
SHAPE_Length: 1298.5963091713515
MultiLineString: [...]