CHK2 (OGCFeatureServer)
ID: 948
OBJECTID: 948
ID_ROUTE: 58
ID_WT: 58-1
ID_GB: 58-1-1
NAAM_ROUTE: Buitenstvallaat-Kolonievaart
NAAM_WATERWEG: Drachtster Feart
NAAM_NL: Drachtstervaart
AARD: vaarweg
FUNCTIE_1: Vaarweg
PERIODE_FUNCTIE_1: 1642-
FUNCTIE_2: Afwatering
PERIODE_FUNCTIE_2: >1930
OPMERKINGEN: De Drachtstervaart is in 1642 aangelegd ten behoeve van de verveningen rondom Drachten. In 1958 ten oosten van hoofdbrug in Drachten al geen scheepvaart meer. Gedeelte in Drachten in 1960-1965 gedempt.
ZICHTBAAR: Ja
VOORVAL: Aanleg
PERIODE: 1642
OPMERKINGEN_1: De Drachtstervaart is in 1642 aangelegd ten behoeve van de verveningen rondom Drachten. Met het graven van de Drachtster Compagnonsvaart werd in 1649 begonnen. Bij resolutie van 2 april 1658 werd aan Douwe van Aylva c.s., eigenaars van Bakkeveen, octrooi verleend tot het graven van "een publicque vaart van ende nae voorschreven Backefenen". De Ureterpstervaart, de Frieschepalenvaart en de Bakkeveensche Vaart zijn daarop geleidelijk gegraven in de jaren 1664-1698. De Mandewijk en het eerste gedeelte van de Haulewijkstervaart tot aan de Oudewijk kwamen in de jaren 1698-1718 tot stand. Het tweede gedeelte van de Haulewijkstervaart in het midden van de achttiende eeuw.
De eerste verbetering van het kanaal had plaats omstreeks het einde van de negentiende eeuw, nadat vooraf het kanaal in eigendom, beheer en onderhoud overgenomen was door de provincie. De tweede en laatste verbetering werd uitgevoerd in de jaren 1933 en 1934 (1).
De vaart is doorgaand op de kaart van 1930 (9). Een deel van de vaart is gedempt (8). In 1958 ten oosten van hoofdbrug in Drachten al geen scheepvaart meer. Gedeelte in Drachten in 1960-1965 gedempt.
GEBRUIKTE_ONDERGROND: Top 10 NL 2008
AARD_OMSCHR: Tot de vaarwegen behoren trekvaarten, zeilvaarten, veenvaarten en jonge kanalen.Trekvaarten zijn kanalen die zijn voorzien van een pad of weg op één van de oevers. Op dit jaagpad of deze trekweg liepen het paard, dat de trekschuit met een touw, de zogenoemde jaaglijn, voorttrok, en de jager, die het paard mende. Soms werd de schuit voortgetrokken door de schipper zelf of een familielid. De eerste trekvaart in Fryslân liep tussen Harlingen en Leeuwarden, en werd geopend in 1646. Daarna kwam een stelsel van trekvaarten tot stand, waarbij ook nieuwe trek-vaarten werden gegraven. Langs het bestaande of het nieuwe kanaal werden de jaagpaden aange-legd -met herbergen als verversingsstations- voor mens en paarden en rolpalen geplaatst om de jaaglijn door de bochten van de kanalen te leiden. De trekschuiten werden voornamelijk gebruikt voor personenvervoer.In het oosten en zuidoosten van de provincie zijn vanaf ongeveer 1500 vaarten gegraven ten behoeve van de exploitatie van veengebieden voor de turfwinning: de zogenoemde veenvaarten en Compagnonsvaarten. Haaks op deze vaarten groef men grote aantallen dwarskanaaltjes, de zogeheten wijken. Over de vaarten en wijken werd de turf vervoerd. Langs de Compagnonsvaarten bleven enkele karakteristieke schutsluizen met bijbehorende sluiswachter woningen intact.Het transport over het water is in Fryslân tot en met het tweede kwart van de twintigste eeuw belang-rijker geweest dan het vervoer over land. De gebrekkige verkeers- en afwateringsfunctie van veel vaarten ten gevolge van ouderdom en achterstallig onderhoud, leidde vanaf het einde van de negen-tiende eeuw tot het graven van enkele nieuwe kanalen.
TOELICHTING: https://geoportaal.fryslan.nl/arcgis/rest/services/CHK2/MapServer/50/12/attachments/11
GLOBALID: {EF0CDB58-CAFD-42E5-882B-1EB7D21A618C}
SHAPE_Length: 2458.0809620427704
MultiLineString: [...]