CHK2 (OGCFeatureServer)
ID: 466
OBJECTID: 466
TOELICHTING: https://geoportaal.fryslan.nl/arcgis/rest/services/CHK2/MapServer/50/11/attachments/10
ONTSTAAN: Voor 1200
SYSTEEM: Oostergo leppe
VERSCHIJNING: aangelegd
OORSPRFUNCTIE: Binnenpolderdijk
SHAPE_Length: 107.96801937569977
OORSPRONGOMSCHRIJVING: Binnenpolderdijken dienden ertoe om bij dijkdoorbraken de penetratie landinwaarts van het zeewater zoveel mogelijk te beperken. De aloude Slachte is hiervan het bekendste voorbeeld. Daarnaast werden binnendijken opgeworpen om het opstuwen van binnenwater tegen te gaan en als het ware door compartimentering het opwaaien van het boezemwater te bedwingen, dan wel het water vanuit naast-gelegen gebieden te keren.
OMSCHRIJVING_RIENKS_EN_WALTHER: Een dikke 600 meter voorbij de tweede bocht (nr. 527) buigt de dijk bijna haaks naar het noorden af; de haakse aansluiting van het noordelijke stuk geeft sterk de indruk, dat daar het begin is van een jonger deel van de Leppedijk, die dan zelf oostwaarts doorliep langs de Prikwei. De plaatselijke situatie strookt met de veronderstelling; in de lengterichting van de Leppedijk loopt een perceelscheiding oostwaarts tot dichtbij de Prikwei. De perceelgrenzen vanuit zuidelijke richting eindigen tegen die scheiding. Aangenomen moet worden, dat de Leppedijk en Prikwei daar vroeger één doorlopende dijk vormden. Dat is van grote betekenis, want daaruit volgt, dat ook dat deel van de Leppedijk al bestond, voordat (in de 12e eeuw?) de Leppa het in beheer nam als kering voor het water uit Sânwâlden. Had dat dijkvak toen nog niet bestaan, dan had de Prikwei - die in dat geval uiteraard van jonger datum moet zijn - nooit zo mooi in de lengterichting van de Leppedijk komen te liggen. Als de Prikwei de voortzetting is van de Leppedijk vanaf Warniahuzen, is de noordelijke tak, haaks aansluitend op de oude Leppedijk, die naar de hoge grond onder Boarnburgum loopt, van jongere datum; hij sloot een polder ten noorden van de Prikwei in. Tracé langs de grens met Smallingerlân. De dijk keerde oorspronkelijk niet naar het zuiden maar naar het noorden. Ze dienden voor bescherming van het land onder Beets, dat de Krûme Swynswei en de Harmensdyk aan de zuidkant beveiligden. De Leppedijk bestond dan dus uit oudere polderdijken, die later in de 12e eeuw in gebruik werden genomen als kering voor het zuidelijke water. Die ontwikkeling levert ook een aannemelijke verklaring voor het typische tracé van de dijk, en wat is bovendien logischer dan de veronderstelling, dat uitgaande van de hoge zandgrond, al in de oudste tijden van de bedijkingen waterkeringen werden aangelegd om de aansluitende lagere veengrond, die was bedekt met een dun laagje vruchtbare klei, te beschermen.
BRONNEN: CHK2 (Provincie Fryslân), Noordpeil, Binnendiken en Slieperdiken yn Fryslân (Ir K. A. Rienks en Ir G. L. Walther, 1954)
MultiLineString: [...]